De Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo2015) geeft opdracht voor ondersteuning, zorg en opvang van mensen met een hulpvraag, het bieden van beschermd wonen en opvang, én het bevorderen van sociale samenhang. Het gaat om welzijn van mensen, om mantelzorg en vrijwilligerswerk, de toegankelijkheid van voorzieningen en leefbaarheid. Het gaat ook om het in beweging krijgen van mensen en uitgaan van hun talenten en mogelijkheden. Een goede basis werkt preventief voor zorgvragen.
We willen dat mensen zoveel mogelijk in staat zijn om zelf hun leven vorm te geven. Waar nodig bieden we passende ondersteuning. Het uitgangspunt voor de ondersteuning is de inwoner en zijn/haar vraag. We willen de ondersteuning zoveel mogelijk integraal; in samenhang en afstemming met vragen en hulp van de inwoner op andere leefgebieden bieden.
In ons lokale Wmo beleid dat we in de tweede helft van 2019 ontwikkelen, leggen we de focus op de basis op orde: goede ondersteuning van onze inwoners, inwoners weten waar ze terecht kunnen en de transformatie voortzetten. We zien de zorg- en ondersteuningsaanvragen stijgen, onze Wmo-kosten lopen op en de druk op de toegang neemt toe. We willen werken volgens onze bedoeling en een houdbaar en betaalbaar stelsel inrichten. Belangrijke onderwerpen zijn de versterking van de sociale basis, het welzijn en voldoende (algemene) voorzieningen op buurtniveau, lichte vormen van ondersteuning, meer collectief en de integrale toegang tot zorg en ondersteuning.
Goede basisvoorzieningen en ondersteuningsmogelijkheden in de wijk zijn belangrijk. Zorg en welzijn wordt beter als we dichter bij de directe leefwereld van inwoners komen. We willen nog meer dichtbij en gebiedsgericht werken. We richten ons op een goede samenwerking en infrastructuur in de wijk, en specifiek op het versterken van preventie en het tijdig signaleren van risico’s. Dat betekent meer investeren in contacten in de buurt en wijk, zoals met huisartsen, vrijwilligersorganisaties, zorgverleners en woningcorporaties.
Ontmoeting is van groot belang voor het welzijn van mensen. Wie regelmatig anderen ontmoet, voelt zich gelukkiger, meer betrokken bij de buurt en veiliger in de wijk. Daarom willen we de mogelijkheden voor laagdrempelig ontmoeten verbeteren. We willen dagbesteding en andere vormen van ondersteuning in buurt- en wijkcentra laten plaatsvinden. We blijven burgerinitiatieven ondersteunen en netwerken in de wijken en buurten versterken, voor onderlinge verbondenheid en verantwoordelijkheid. Dit biedt ook mogelijkheden voor vroegsignalering.
Mensen helpen elkaar, vanuit mantelzorg of als vrijwilliger. De gemeente ondersteunt waar nodig. We willen voldoende aandacht hebben voor wat de mantelzorger nodig heeft om de zorgtaak vol te kunnen houden. Het blijkt dat de belasting van mantelzorgers voor mensen met bijvoorbeeld dementie de afgelopen jaren is toegenomen.
Om de Wmo-taken goed uit te kunnen voeren, werken we regionaal samen. We blijven kartrekker in de regio BNO-oost en hebben een coördinerende rol bij de beleidsontwikkeling en de inkoop van zorg en ondersteuning.
Met de regio BNO-oost zetten we de transformatie van beschermd wonen en maatschappelijke opvang in. We willen zorgen voor een passend opvangaanbod voor mensen met een psychische kwetsbaarheid in de regio die niet zelfstandig kunnen wonen of niet op eigen kracht kunnen zorgen voor een dak boven het hoofd. Hierbij is het de uitdaging om flexibiliteit te creëren om tot maatwerk te komen, maar dit wel georganiseerd te doen zodat we onder andere kunnen toezien op kwaliteit en de kosten kunnen beheersen.
Hulpbehoevende en kwetsbare inwoners blijven steeds langer thuis wonen. Het zijn ontwikkelingen die risico’s met zich meebrengen, zowel op het gebied van zorg en welzijn als op het gebied van veiligheid. Zo kan het voorkomen dat personen met verward gedrag (woon)overlast veroorzaken, jongeren afglijden richting criminaliteit, ex-gedetineerden weer in het criminele milieu terechtkomen. We leggen de verbinding van zorg met veiligheid zodat we goed kunnen inspelen op de ontwikkelingen.
De gemeente kent een grote groep jeugdigen, waarvan een klein deel zich in een groep overlastgevend gedraagt. We pakken overlastgevende jeugd(groepen) aan in samenwerking met collega’s en externe partners vanuit zowel de zorg- als strafketen. Het contact met de wijk(bewoners) is daarbij belangrijk. Een belangrijk doel is het tijdig signaleren van jongeren in een kwetsbare situatie.
Per 1 januari 2020 treedt de Wet verplichte ggz (Wvggz) in werking als opvolger van de Wet Bijzondere opname psychiatrische ziekenhuizen (Bopz). We zorgen ervoor dat we de nieuwe taken die we hierdoor als gemeente krijgen kunnen uitvoeren.